De verheerlijking van joodse terroristen

Onze pro-Israël christenen, samen het hun partners in crime van de joodse lobby, roepen er schande van: de Palestijnen in Al-Bireh op de Westoever vernoemden een plein naar Dalal Mugrabi, een 19-jarige Palestijnse Fatah-aanhangster uit Sabra, die in 1978 naar zeggen de leiding had in de kaping van twee bussen met Israëlische soldaten en dagjesmensen. Na een 9-15 uur durende schotenwisseling met het Israëlische leger werd de (tweede/laatste) bus opgeblazen. Wie dat heeft gedaan is nooit duidelijk geworden. 37 Israëli's kwamen om het leven, waaronder 11 kinderen.

Aanslag op een Arabische bus door de Irgun (17 doden) 29 december 1947

Zoals gewoonlijk hebben we van genoemde club nog nooit een onvertogen woord gehoord over de verheerlijking van joodse terroristen, en dat maakt hun klachten in de media tot een hypocriet theaterstukje.

Zo zweeg deze club bijvoorbeeld ook toen de zoon van een joodse terrorist de Stafchef (de 4e machtigste functie in de VS) van Barack Obama werd. De vader van de reactionaire pro-Israel lobbyist Rahm Emanuel was lid van de Irgun, die o.a. verantwoordelijk was voor de moord op Folke Bernadotte en de bomaanslag op het King David Hotel. Emanuel, die zo bleek racistisch is opgevoed, heeft nooit afstand genomen van de terroristische acties van zijn vader. En ook van onze christenen en joodse lobby hoeft hij dat niet te doen. Althans, ik heb er geen persbericht over gezien.

Maquette van het opgeblazen King David Hotel in Irgun Museum.

De verheerlijking van joodse terroristen is in Israël een doodnormale zaak. Eerder schreef ik over het Irgun Museum (Museum HaEtsel, gebouwd op de puinhopen van een Arabische wijk) in Jaffa kunnen mensen o.a. de aanslag op het King David Hotel (91 doden) in alle glorie bewonderen, alsmede de portretten van joodse terroristen in een heroisch opgestelde ere-galerij. Dagelijks vergapen drommen mensen zich voor de nagebouwde bom in een melkbus, opgeluisterd met de glorieuze verhalen over de heldendaden van joodse terroristen, door een voormalige, inmiddels hoogbejaarde, joodse terrorist die als museumgids dienst doet.

Eerbetoon aan de joodse “martelaren”, waarvan sommigen zelfmoordterroristen, in het Irgun Museum in Jaffa.

Ratna Pelle verheerlijkte terroristen in 2007

Ook in Nederland worden o.a. door Ratna Pelle in pakketreizen, 'uitstapjes' naar het Irgun Museum georganiseerd. Ratna Pelle vindt de verheerlijking van joodse terroristen blijkbaar zo'n belangrijk element in een Israël-reis dat het niet mag ontbreken.

De Shlomo Ben-Yosefstraat

In Akko, een voormalig Arabische stad door de Haganah in 1948 etnisch gezuiverd, bestaat de Shlomo Ben-Yosefstraat. Die ligt dwars op de Haganahweg, wat een schoffering moet zijn voor het kwart Arabische Israëli's van Akko. Gershom Gorenberg bericht in The American Prospect (14.01.2010):

Shlomo Ben-Yosef Street, just outside the walls, is a more egregious insult. In 1938, Ben-Yosef and two comrades from the ultra-nationalist Irgun underground attacked a bus full of Arab civilians on a mountain road, seeking to kill them all. (Historian Avi Shlaim gives details). The attack failed; the British rulers of Palestine captured, tried, and hanged Ben-Yosef, turning him into a martyr of the Zionist right wing. A smaller, nearby street is called Shnei Eliahu, "Two Eliahus." It commemorates Eliahu Hakim and Eliahu Bet Zouri, two members of the even more extreme Lehi (Stern Gang) underground. In 1944 they assassinated Lord Moyne, the British Minister Resident in Egypt. They, too, died by hanging and became martyrs of the right. The Comprehensive Arab High School of Akko is on the street of the assassins, and you'd take the street of the bus ambusher to get there. I doubt those who picked the names thought of all the possible lessons that their choice might teach.

I mention this because of the press communiqué issued after this week's meeting of the Israeli Cabinet. Prime Minister Benjamin Netanyahu, it says, opened the session by criticizing incitement to terrorism by Palestinian leaders, schools, and media. Netanyahu was particularly angry about the naming of a central square in Ramallah after Dalal Mughrabi, reportedly with the endorsement of Palestinian Authority President Mahmoud Abbas.

In 1978, when she was not yet 20, Mughrabi led a terrorism attack that ended with blowing up a hijacked Israeli bus on the main coastal highway. Thirty-seven Israelis were killed. So was Mughrabi. The salient difference between Mughrabi and Ben-Yosef is that she succeeded in murdering people, while he failed. She also achieved terrorism's strategic aim of escalating the conflict: Israel's 1978 invasion of south Lebanon, aimed at pushing the Palestinian Liberation Organization back from the border, followed the Coastal Road Massacre.

Naming a square after Mughrabi is unconscionable. It glorifies political murder. Still, before Netanyahu looks out the window at the neighbors, he might try looking in the mirror.

In November, Netanyahu's education minister and Likud Party colleague, Gideon Sa'ar, sent out a letter to the principals of the country's Jewish schools, announcing a new educational unit for eighth- and ninth-graders on "those who ascended to the gallows" -- 12 members of the Irgun and Lehi who were either executed or who committed suicide in prison. They include Ben-Yosef and the two Eliahus. The letter describes the unit as promoting the "values of heroism, self-sacrifice and devotion to national rebirth, based on the character and actions" of the 12. (lees verder in The American Prospect)

Het Meir Kahane Memorial Park

Meir Kahane was de oprichter van de extreemrechtse Kach-partij, die zowel door Israël als de VS als terroristische groepering werd gekenmerkt. Hij propageerde o.a. gedwongen deportaties van en geweld tegen Arabieren, en tegen hen "de eeuwigdurende oorlog". Toch is er een park naar hem vernoemd, in een joodse nederzetting vlakbij Hebron.
Kahane was de oprichter van de Jewish Defense League die verantwoordelijk is voor bomaanslagen, waaronder op de American-Arab Anti-Discrimination Committee in Los Angeles.

Dagelijks eerbetoon aan het graf van Baruch Goldstein

In het Meir Kahane Memorial Park ligt ook het graf van de joodse terrorist Baruch Goldstein (geboren in Brooklyn). Kach-lid Goldstein vermoordde in 1994 zonder aanleiding 29 biddende moslims in een moskee van Hebron. Het is nog steeds een pelgrimsoord, voor extremistische joden (en christenen!), maar daar is in het Nederlandse politieke en lobby-spectrum nog nooit een onvertogen woord over gevallen. Het graf wordt beschermd door het Israëlische leger.

YNet: Sheikh Jarrah Jews praise Baruch Goldstein on Purim (video)
Wil iemand deze video even naar Joel Voordewind sturen zodat hij daar geen verontwaardigd persberichtje over gaat schrijven?



Joel Voordewind van de ChristenUnie schrijft in een persbericht dat de Israëlische rol in het hinderen van het zogeheten vredesproces minimaal is. Welnee, het is allemaal de schuld van de Palestijnen, en als bewijs daarvan voert hij onder andere het Dalal Mugrabiplein op. Het internationaal recht en de VN-resoluties slaat hij gemakshalve weer eens over. Zijn kameraden van het CIDI, dat zich nog nooit negatief heeft uitgelaten over joods terrorisme, waren ook verontwaardigd. En met de lobby natuurlijk ook de aanhang: de zionistische, filosemitische en andere racistische haathordes op het internet.

Martelaarsposter met Baruch Golstein, te koop in de nederzetting Kiryat Arba.

Zie ook: documentaire van de israuelische filmmaker Ilan Mizrahi 'Israel: Rise of the Right'