"In Israël spelen de afgelopen dagen ook de herinneringen aan de Holocaust een grote rol in de discussies, een gebeurtenis die het Joodse leed zo goed als onvergelijkbaar maakt met ieder ander leed."
Hier mijn reactie, waaraan ik in dit log enkele citaten van ethicus en historicus Gie van den Berghe wil toevoegen, die dit fenomeen behandelt: de hiërachisering van leed, met betrekking tot het door Brom gekenmerkte "Joodse leed". Enkele citaten.
Rekenkunde van het leed | 'Hou jij je mond maar, ik was in Auschwitz'
Belgisch Tijdschrift voor Nieuwste Geschiedenis | door Gie van den Berghe | 1996
Auschwitz en de 'zes miljoen' zijn emblematisch geworden en worden als onderscheidingstekens gehanteerd. Sommigen zijn werkelijk van oordeel dat andere volkenmoorden en dus, bij implicatie, hun slachtoffers van minder tel zijn. Elke vergelijking is volgens hen uit den boze, onfatsoenlijk; ze zien de holocaust als een uniek kwaad, nooit eerder geschied en sedertdien niet meer gebeurd.
In de jaren zestig en zeventig verschoof de aandacht geleidelijk van concentratiekamp naar exterminatiekamp, van niet-joodse naar joodse slachtoffers. Deze verandering werd door een kluwen van factoren veroorzaakt : de publikatie van de eerste grote geschiedkundige werken over de judeocide in Frankrijk en de VS, landen met een grote en goed geïntegreerde joodse gemeenschap; de ontvoering en het proces van Adolf Eichmann, waar de ogen van de hele westerse wereld op gericht waren; het door de zesdaagse oorlog en andere militaire successen gestegen joods zelfbewustzijn en -vertrouwen; de verschuiving naar rechts in de Israëlische politiek en, daarmee samenhangend, het toenemend politiek belang van de holocaust als rechtvaardigingsmiddel voor bepaalde aspecten van het Midden-Oostenbeleid.
Tijdens een protestdemonstratie van orthodoxe joden in Jeruzalem op 1 januari 2012 gericht tegen maatregelen van de Israëlische regering, werd "het Joodse leed" van de Holocaust ingezet om, vreemd genoeg, het recht op vrouwendiscriminatie te bepleiten en behouden.
De hiërachisering van leed wordt in de hand gewerkt door het algemeen menselijk gevoel dat eigen, aan den lijve gevoeld leed, erger en groter is. Zo ook de aanspraak dat wat joden overkwam uniek en onvergelijkbaar is. In dit vertoog wordt het lijden van anderen, ook de genocide op de Armeniërs, als minder uitzonderlijk - minder slachtoffers, minder gepland, minder fabrieksmatig, als minder-waardig afgedaan. Hierbij spelen machtspolitieke, hedendaagse bekommernissen een belangrijke rol. Veel politici en andere invloedrijke personen bezweken onder de druk die opeenvolgende regeringen van Turkije hebben uitgeoefend om de massamoord op honderdduizenden Armeniërs uit VN-resoluties (over genocide) en uit het collectief geheugen te weren.
Minderheden onder de slachtoffers van de nazi-kampen waarmee men zich niet kon en kan vereenzelvigen, die dikwijls ook nu nog gediscrimineerd worden, homoseksuelen, zigeuners, asocialen, Jehovah Getuigen, krijgen nog minder erkenning. (...) Bij dit soort rekenkunde gaat het minder om geschiedkundige realiteit dan om ideologische en politieke bruikbaarheid van de geschiedenis. Het voorbije leed is een hedendaagse waarde, argument in een pleidooi voor meer aandacht, erkenning en rechten.
Leed an sich is meetbaar noch communiceerbaar.
Toen begin jaren negentig in brede kring bekend raakte dat in Auschwitz geen vier miljoen mensen vermoord werden maar 'slechts' één tot anderhalf miljoen (waaronder minstens een miljoen joden) kwam er uit joodse en anti-fascistische hoek fel protest tegen bekendmaking van dit historisch onderzoeksresultaat. Toen Poolse verantwoordelijken van het staatsmuseum Auschwitz op eigen houtje, zonder raadpleging van joodse vertegenwoordigers, beslisten een gedenksteen met het overschatte cijfer weg te halen, had men de mond vol over belediging van de slachtoffers, cynische banalisering en holocaustontkenning. Groepsleed is een zaak van cijfers. Dodencijfers die niet meer in beeld gebracht kunnen worden, die de verbeelding overstijgen, met stomheid slaan. Geen mens kan er zich nog iets bij voorstellen, behalve door vergelijking met andere duizelingwekkende dodenaantallen. Maar door al dat gecijfer krijgen 'minder doden' geleidelijk de schokkende gevoelswaarde van 'minder dood', een minderwaardig, bijna verwaarloosbaar leed. Leed wordt dan op rekenkundige wijze onderschat en door macaber opbod als argument gedevalueerd.
In 2005 gebruikte de VDD de Holocaust om mensen over te halen om voor de Europese Grondwet te stemmen. Deze werd na protest teruggetrokken.
Folder van de Republican Jewish Coalition, Pennsylvania 2008.
In 3 maanden tijd, 800.000 mensen in Rwanda gedood, gedood door het oproepen tot geweld,kakkerlakken moeten dood. Ajax gebruikt kakkerlakken voor Feijenoord.
ReplyDeleteIk gruwel van het woord kakkerlak als ik dat hoor tijdens sport of het aanduiden van mensen.
Geen enkel leed is te vergelijken met leed van een andere gebeurtenis ,maar niemand heeft het alleen recht op leed.Ook mag het leed niet misbruikt worden voor politieke doeleinden.