Ik had de advertentie natuurlijk kunnen weigeren. Maar dat deed ik bewust niet. Want als een krantenredactie advertenties op politieke wenselijkheid gaat beoordelen, begeeft zij zich op een hellend vlak. Een krant moet staan voor de vrijheid van meningsuiting. Hoe serieus je die vrijheid neemt, blijkt juist als je wordt geconfronteerd met uitingen die je tegen de haren in strijken. De Franse verlichtingsfilosoof Voltaire heeft dat treffend verwoord: 'Ik verafschuw wat u zegt, maar ik zal uw recht om het te zeggen tot de dood verdedigen'. (...) Het meldpunt van de PVV hebben ook wij in een commentaar afgekeurd. Maar dat is geen reden een advertentie ervoor te weigeren.
Philippe Remarque, hoofdredacteur Volkskrant, 18.02.2012
"Take the New York Times for example. They have something called the news hole. When the editors lay out tomorrow's newspapers, the first thing they do is the important things - they put the ads around. Then they have a little bit left that's called the news hole, and they stick little things there. Quite apart from that the media are just big corporations and of course represent the interests of their owners, their markets, which are advertisers, and for the elite newspapers, more or less the managerial class, the educated population they deal with. The end result is that you get a very narrow perspective of what the world is like."
Met deze op eerste gezicht grappige ankedote uit 2005 geeft Noam Chomsky in wezen de essentie van de moderne mainstream krant weer.
En nu beweert Philippe Remarque dat het plaatsen van een advertentie van de PVV voor haar zogeten Meldpunt Midden en Oost-Europeanen een ethisch, moreel besluit is geweest, in het kader van vrijheid van meningsuiting. Dat is hetzelfde als beweren dat poep lekker is.
Allereerst suggereert Remarque met zijn uitleg over hoe een krant zich hoort op te stellen dat de Volkskrant een opinieblad is, gevuld met meningen, die ten alle tijde vrij geuit moeten worden. Hij suggereert ook dat er bij de Volkskrant geen onderscheid wordt gemaakt tussen artikelen en advertenties - het zijn immers beiden "meningen" die vrij moeten zijn.
Maar een advertentie is geen "mening", maar het hoofdinkomen van de Volkskrant. En Philippe Remarque weet dat als een van de besten.
Volkskrant weigerde advertentie
In oktober 2010, drie maanden nadat Remarque er hoofdredacteur werd, weigerde de Volkskrant een advertentie te plaatsen van uitgeverij Nieuw Amsterdam, met het boek De Vastgoedfraude van Vasco van der Boon en Gerben van der Marel. Omdat er in de tekst stond: "het boek waar de Volkskrant niet over wil schrijven". De tekst is onjuist, reageerde de Volkskrant. Maar dat was toch een mening, Philippe?
De Volkskrant is een bedrijf dat 100% afhankelijk is van andere bedrijven. Hoe meer lezers, hoe meer adverteerders, hoe meer geld voor de directie en eigenaren. Dát is het traject van de Volkskrant. Ethische en morele overwegingen zijn secundair.
No comments:
Post a Comment