Hotel Terminus: Israël pakt media hardhandig aan

Mel Frykberg, IPS | MO.be | 23 juli 2010

NABI SALAH, 23 juli 2010 (IPS) - De zenuwen staan strak gespannen op de Westelijke Jordaanoever. Het Israëlische leger heeft het steeds meer gemunt op journalisten die verslag uitbrengen van de protesten daar. Intussen worden Palestijnse actievoerders opgesloten en staan Israëlische actievoerders onder toezicht.

De Foreign Press Association (FPA) in Israël trok onlangs van leer tegen wat ze ziet als een wijziging in het beleid van het Israëlische leger (IDF). Journalisten die verslag doen van het toenemende aantal protesten op de Westelijke Jordaanoever tegen Israëls scheidingsmuur, illegale nederzettingen en landonteigening worden hard aangepakt, volgens het persagentschap.

"De vrije verslaggeving van nieuwsfeiten is een essentieel onderdeel van de democratie", verklaart de FPA. "Dat houdt dus in dat je niet mag slaan op het gezicht van een fotograaf die zichtbaar werkt voor een geaccrediteerde nieuwsorganisatie. En ook niet dat je een granaat mag mikken naar het hoofd van een duidelijk herkenbare nieuwsfotograaf, of kortweg dat je cameramensen, fotografen en journalisten mag arresteren."

De mededeling kwam er na een aanval op drie journalisten die verslag uitbrachten van een protestmars nabij een joodse nederzetting die illegaal gebouwd werd op grondgebied van het Palestijnse dorp Beir Ummar in het zuiden op de Westelijke Jordaanoever.

Fascistische staat

Enkele weken geleden werden in het dorp Nabi Salah, ten noorden van Ramallah, twee Israëlische activisten opgepakt. Ze hadden kritiek geuit op Israëlische soldaten die de stenen van Palestijnse jongens beantwoordden met geweerschoten. Een van deze actievoerders is de 38-jarige Yonatan Shapira, een voormalige piloot uit de Israëlische luchtmacht. Hij werd recent ondervraagd door de inlichtingendienst Shin Bet over zijn deelname aan protesten tegen de bezetting. "We doen niets illegaal, dus ik ben niet bang. Maar ik voel me ongemakkelijk bij het feit dat mijn land in een fascistische staat verandert," zegt hij.

"De Israëlische autoriteiten proberen dissidente Israëli's te intimideren. We vormen geen bedreiging voor de veiligheid, maar de grens tussen politiek activisme en veiligheid wordt steeds vager doordat de autoriteiten dissidentie strafbaar willen maken", meent Shapira.

Boycot

Israël wordt opgeschrikt door de groeiende internationale steun voor een boycot tegen het land met een rechtse regering die steeds vaker een loopje neemt met de rechten van burgers. Honderden Israëlische professoren tekenden een petitie tegen het dreigement van minster van Onderwijs, Gideon Saar, om iedere lesgever of instelling die zich uitspreekt voor een boycot van Israël, te straffen.

Minister Saar van de Likoedpartij steunt Im Tirtzu, een rechts-nationalistische beweging die eist dat iedereen in het Israëlische onderwijs zijn gehechtheid aan het zionisme moet bewijzen. Neve Gordon, een professor politieke wetenschappen aan de Ben Goerion Universiteit in Beersheva, ontving doodsbedreigingen nadat hij vorig jaar een opiniestuk schreef in de Los Angeles Times waarin hij uitlegde waarom hij voorstander is van een boycot van Israël.

Intussen worden Palestijnen die geweldloos actievoeren tegen de bezetting nog steeds gearresteerd en opgesloten. Ze spreken van verzonnen aanklachten na gedwongen bekentenissen. Het leger voert nachtelijke raids uit in de dorpen van de Westelijke Jordaanoever, waar op vrijdag geregeld demonstraties plaatsvinden en waar de dorpelingen zich bijzonder actief tonen.

"Wat wij als Israëlische activisten doorstaan is klein bier in vergelijking met de Palestijnen. Zij worden harder en veel brutaler aangepakt dan ons", stelt Shapira.