door Ludo De Brabander
De relaties tussen de Verenigde Staten en Israël lijken te verzuren. Reden is de bouw van nieuwe nederzettingen in de bezette Palestijnse gebieden. Uitgerekend tijdens het bezoek van de Amerikaanse vice-president Joe Biden kondigt de Israëlische minister van Binnenlandse zaken de de constructie van 1.600 nieuwe appartementen aan in Oost-Jeruzalem.
Dat is zonder meer een provocatie aan het adres van de regering Obama, die al een paar keer heeft laten verstaan dat Israël de bouw van nieuwe wooneenheden in bezet gebied moet bevriezen.
Het is moeilijk te geloven dat het om een naïeve zet gaat van - een deel van (?) - de Israëlische regering. Het heeft er eerder alle schijn van dat het om een Israëlisch manoeuvre gaat om nieuwe onderhandelingen met de Palestijnen te dwarsbomen. Meteen is het ook een poging om de regering Obama het leven zuur te maken. Dat laatste zal ongetwijfeld in overleg zijn met het neoconservatieve establishment in de Verenigde Staten.
Vraag is nu of Washington zijn schijnbaar ongenoegen zal vertalen in maatregelen die er voor kunnen zorgen dat Israël zich eindelijk schikt naar de zelf gemaakte beloftes om de uitbreiding van nieuwe nederzettingen te bevriezen. Dat valt te betwijfelen.
Tot nu toe heeft Washington nog nooit een strobreed in de weg gelegd van de Israëlische bezettingspolitiek en het ziet er naar uit dat dit ook niet onder Obama zal veranderen. Belangrijke reden is de machtige joodse lobby die dan weer kan rekenen op de steun van de neoconservatieven.
Toen president Truman na de tweede wereldoorlog zijn pro-zionistische politiek ontwikkelde en fel campagne voerde voor de oprichting van een joodse staat op 55 procent van het historische mandaatgebied Palestina, gaf hij electorale redenen op: “Ik heb geen honderdduizenden Arabieren bij mijn kiezers.” De Zionistische lobby is er bovendien in geslaagd om Amerikaanse sleutelfiguren met inbegrip van nagenoeg alle Amerikaanse volksvertegenwoordigers, ervan te overtuigen dat de Israëlische en Amerikaanse belangen parallel lopen.
Dat geldt ook voor president Obama. In de aanloop naar de presidentsverkiezingen verklaarde hij dat de alliantie tussen de VS en Israël gebaseerd is op “gedeelde belangen en gedeelde waarden”. Hoewel er geen petroleum zit in Israëlische bodem heeft de zionistische lobby heel vlug begrepen dat ze zich moet tonen als een betrouwbare bondgenoot die in staat is de militaire en geostrategische belangen van de VS in het Midden-Oosten te verdedigen.
Dat heeft voor een geleidelijke verdieping van de politieke, militaire en financieel-economische relaties tussen beide landen gezorgd. Toen tegen de wil van de Palestijnse bevolking in mei 1948 de Israëlische staat werd uitgeroepen waren de VS het eerste land dat de nieuwe staat erkende en volledige diplomatieke relaties aanbood. Zonder de VS kon en kan Israël niet overleven. Begin jaren ‘50 importeerde Israël tien keer meer dan dat het exporteerde, terwijl het militaire apparaat nagenoeg de helft van het regeringsbudget opslorpte.
In 1949 besliste Washington om geen belastingen te heffen op privé-donaties naar Israël. Tussen 1949 en 1965 kreeg Israël gemiddeld 65 miljoen dollar per jaar economische en voedselhulp. Vanaf 1959 werd een bescheiden militair hulpprogramma opgestart dat geleidelijk aan werd uitgebreid. Op cruciale momenten, zoals de zesdaagse oorlog van juni 1967 en de Yom Kippoer oorlog in 1973, stond Washington Israël bij met wapens en munitie.
In de decennia daarna zou Israël uitgroeien tot veruit de belangrijkste ontvanger van Amerikaanse militaire steun en deelnemen aan tal van militaire en wapenprogramma’s. Sinds het einde van de Koude Oorlog kan Israël ook rekenen op de quasi onvoorwaardelijke steun van de VS in de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties waar het telkens resoluties afblokte als Israël teveel onder vuur lag.
Er is ook weinig verschil te merken tussen Democraten en Republikeinen. Het was de Democratische president Lyndon Johnson die in een telegram aan de Israëlische minister van Defensie Moshe Dayan groen licht gaf voor de aanval op Egypte - het begin van de zesdaagse oorlog van ‘67 - en de jaarlijkse militaire steun aan het land sterk verhoogde.
Onder de democratische president Clinton bleef de VS-Israël relatie boven alles primeren. Helemaal aan het einde van het Clinton-tijdperk, op 19 januari 2001, tekenden Israël en de VS een akkoord waarin de VS zich engageren om de militaire steun aan Israël te verhogen tot 2,4 miljard dollar. Daar bleef het niet bij. Terwijl de Palestijnse opstand in volle hevigheid woedde en de joodse nederzettingen in volle expansie waren, weerhield dit de VS er niet van om geregeld gezamenlijke militaire manoeuvres te houden, ondanks hevig Arabisch protest.
Drie maanden na de bloedige zomeroorlog tegen Libanon in 2006 kon Israël als eerste land een Individueel Samenwerkingsakkoord afsluiten met de NAVO. Op 4 juni 2008 gaf toen nog Senator Obama een toespraak voor AIPAC, een machtige zionistische lobby, die boekdelen spreekt: “De defensiesamenwerking tussen de VS en Israël is een succes en moet verdiept worden. Als president zal ik een nieuw akkoord opstellen dat in 30 miljard dollar voorziet aan hulp voor Israël het komende decennium, investeringen in Israëls veiligheid waarvan geen enkel ander land kan genieten.”
En verder: “We moeten militaire uitrusting uitvoeren naar onze bondgenoot Israël volgens dezelfde regels als van de NAVO. En ik zal altijd in de bres springen voor Israëls recht om zich te verdedigen in de Verenigde Naties en in de wereld.”
Als het Palestijns-Israëlisch bezettingsconflict zich vandaag in een impasse bevindt, dan is dat in grote mate de verantwoordelijkheid van Washington en zijn westerse bondgenoten die lippendienst bewijzen aan een leefbare Palestijnse staat, maar tolereren dat die met feiten aan de grond onmogelijk wordt gemaakt. Het Westen weigert om drukkingsmiddelen in te zetten die een halt toeroepen aan de Israëlische annexatiepolitiek en de bouw van joodse nederzettingen.
Tientallen zelf gestemde resoluties van de VN-Veiligheidsraad liggen onuitgevoerd en straffeloos te verkommeren in stoffige lades. Op geen enkel ogenblik heeft Washington de financiële kraan ter waarde van bijna 3 miljard dollar en de vele samenwerkingsakkoorden en andere voordelen als pressiemiddel gebruikt om Israël in de pas van het internationaal recht te dwingen. En ondertussen kan het conflict verder rotten en frustraties genereren.
Ludo De Brabander is stafmedewerker van Vrede vzw en co-auteur van 'Als de NAVO de passie preekt' (EPO, 2009)
(bron: dewereldmorgen.be)
No comments:
Post a Comment